19-06-2019 - De Groene Amsterdammer, De slachtoffers van morgen 

Gerbrand van der Koogh De fundamentele vraag is m.i. hoe de Nederlandse situatie kan worden verbeterd. Gek genoeg is de actuele situatie tegelijk bizar, treurig en logisch. Er zijn al meer dan 30 jaar klachten over de werkwijze van de Nederlandse jeugdbescherming. Jeugdzorg Nederland (NB een brancheorganisatie, m.a.w. 'handel') meldt vrijwel jaarlijks dat men alles doet om te verbeteren. Aangezien het nog steeds klachten regent kunnen we veilig vaststellen dat Jeugdzorg Nederland niet in staat is de noodzakelijke verbeteringen te realiseren. Treurig, maar als het in 30 jaar niet lukt om tot een acceptabele werkwijze te komen, wordt het tijd voor het ontwerpen van een nieuw systeem dat de waarborgen biedt die in een rechtsstaat c.q. bij deugdelijke zorg mogen worden verwacht.

De instanties en personen in de jeugdbescherming geven zelf NB al decennia aan, o.a. in onderzoeken van de Nationale ombudsman, dat zij geen onderzoek naar de feiten doen. Toch adviseren zij de rechter, en die rechter weet het zelf ook niet, dus (.. bizar) die volgt de adviezen van die instanties en personen. Een extra complicatie is daarbij dat veelal het taalniveau van de Jz werkers zo laag is dat zij niet weten op welke wijze zij beschikbare informatie voor de lezer correct kunnen presenteren. Het gevolg is dat in verslagen en rapporten allerlei niet onderbouwde en onbevestigde ideeën en vermoedens worden gepresenteerd alsof dat feiten zijn. Een kinderrechter meldde al eens in het AD dat de rapporten van de instanties van lage kwaliteit zijn, 'maar er is niets anders', dus ( .. bizar) we wijzen de verzoeken meestal toe. Op die manier is de rechtstaat voor kinderen en ouders treurig genoeg door het putje met 'dank' aan de Nederlandse rechtspraak die kénnelijk zijn rechtstatelijke taken niet doet. De rechter kan eenvoudig de politiek dwingen om een deugdelijk systeem te ontwerpen, door alle verzoeken en verslagen van lage kwaliteit en/of met niet onderbouwde beweringen af te wijzen. Het zal snel gedaan zijn met de vermoedens, verzinsels, en regelrechte (aantoonbare) leugens van Jz werkers in procedures rond kinderen. Een waarheidsplicht inclusief NB handhaving en strafdreiging is in deze zaken evenals in de politiek ook dringend noodzakelijk. Het lijkt daarbij dat logisch redeneren en academische vaardigheden in de rechtenstudie en de RAIO opleiding al langer geen onderdeel meer uitmaken van het curriculum; ingrijpen in het gezinsleven van burgers is op grond van het EVRM niet toegestaan behalve als daar zwaarwegende gronden voor zijn. Adviezen van personen en instanties die zelf aangeven dat zij geen onderzoek naar de feiten doen horen logischerwijs niet tot dergelijke deugdelijke gronden, en de verdragsluitende landen zullen zeker niet hebben beoogd om de landen toe te staan om in te grijpen in het gezinsleven van burgers op basis van niet onderbouwde kletspraat, zoals in o.a. Nederland en Engeland al langer gebruikelijk is (Google 'Dutch social workers catch the English desease'; de Nederlandse praktijk is eveneens strijd met het UNCRC).

Uit het eerder uitgebrachte manifest van raadsheren van het hof Leeuwarden blijkt dat rechters het zo druk hebben dat zij geen tijd hebben voor studie en reflectie, waardoor het treurig genoeg logisch is dat het rechters niet lukt om zelf de nodige kennis te vergaren om door de niet onderbouwde beweringen van RvdK en Jz heen te kijken, en om de rug te rechten m.b.t. de noodzakelijke waarborgen voor het bestaan van een rechtstaat (!).

Uit een gepubliceerde brief van het NIP (Nederlands Instituut van Psychologen) blijkt dat men aldaar oordeelt dat een basispsycholoog onvoldoende in huis heeft om zelfstandig met gezinssystemen te werken, iets wat de maatschappelijk werkers van Jz dagelijks proberen te doen zonder enige kwalificatie ter zake. De gedragsdeskundige van Jz of RvdK die er (theoretisch) naar kijkt heeft doorgaans kind en ouders nooit gezien, en schendt aldus stelselmatig de gedragscode van de eigen professie. Daarmee is de bizarre cirkel rond; ongekwalificeerden doen 'onderzoek' en advies, en de rechter die een maatregel oplegt kiept kind en ouders met dezelfde vaart weer over de schutting bij .. ongekwalificeerden. Dat de bekende klachten (en de hoge kosten) op deze manier blijven bestaan is niet meer dan logisch.

Een andere complicerende factor is dat er tussen de 'ketenpartners' (justitie, RvdK, Jz op landelijk niveau, en gemeente, Jz, politie, maatschappelijk werk etc. op lokaal niveau) allerlei afspraken en overleggen zijn, waarbij op lokaal niveau zelfs onbevestigde en valse meldingen bij de ene 'partner' standaard worden doorgezet naar de andere 'partner' in het kader van de actuele signaleringshysterie. Met e.e.a. is rond kinderen en ouders een moeras gecreëerd waar nauwelijks meer op een goede manier uit te komen is als een gezin in beeld komt bij de colonne 'kinderreddende' activisten; professionals zou ik ze niet willen noemen. In plaats van richten op onderzoek naar de feiten (waaronder (wan-)gedrag partijen), rechtstatelijke waarborgen; rechtshandhaving (contact, informatie, voortgezet ouderschap, aanpak niet onderbouwde beweringen en beschuldigingen) en rechtsbescherming (contact, recht op informatie, naleving zorg- en contactregelingen, tegen niet onderbouwde beweringen en beschuldigingen (ook NB vanuit 'ketenpartners')), lijkt het adagium 'het doel heiligt alle middelen als het om kinderen gaat'. De hele situatie maakt dat RvdK, Jz, rechter, en andere 'ketenpartners zélf een bedreiging vormen voor (de ontwikkeling van) de kinderen waar het om zou moeten gaan. Gezien de gang van zaken in de praktijk dringt zich het beeld op dat o.a. politici en rechters zó weinig kennis hebben van psychologie, de stand van de wetenschap(PAS), effectieve interventies incl. informed consent, echtscheidingsdynamiek, en de feitelijke gang van zaken in de praktijk, dat zij de argumenten van wetenschappers, advocaten en ouders simpelweg niet begrijpen.

Bij de rechtspraak lijkt het verouderde adagium 'rust', nog altijd leidend. Het gevolg is dat onwillige, boze, of gemankeerde verzorgende ouders alleen maar hoeven te zorgen voor verdachtmakingen en een verstoorde relatie om kinderen contact met de andere ouder te onthouden, daarbij al te gemakkelijk gesteund door alle genoemde activistische 'ketenpartners'. Uit onderzoek van o.a. Dr Amy Baker blijkt dat kinderen die sexueel of fysiek misbruikt/mishandeld zijn doorgaans nog wel de andere ouder willen zien, tot aan bezoek in de gevangenis toe, en dat kinderen die psychisch mishandeld zijn in de vorm van oudervervreemding/ouderverstoting veelal niet de andere ouder willen zien. Het tell tale sign van psychische mishandeling in de vorm van PAS, 'de andere ouder niet meer willen zien', wordt echter door de Nederlandse instanties stelselmatig gemist door gebrek aan kennis. De huidige Nederlandse praktijk leidt er toe dat de overheid feitelijk meewerkt aan oudervervreemding/ouderverstoting, waarmee het Nederlandse beleid in strijd is met het EVRM (recht op ongestoord gezinsleven behoudens zwaarwegende redenen), en eveneens in strijd met het IVRK, dat immers verplicht om kinderen te beschermen tegen bedreigingen voor hun ontwikkeling waartoe helaas in Nederland als gevolg van de actuele situatie vooralsnog ook RvdK, Jz en falende kinderrechters behoren.

Men zou in dit verband bij de rechtspraak onderdeel 1.1 van de NVvR rechterscode nog eens moeten bestuderen ..


Artikel: https://www.groene.nl/artikel/de-slachtoffers-van-morgen?utm_source=De+Groene+Amsterdammer&utm_campaign=7a0d6b7168-Wekelijks-2019-06-19&utm_medium=email&utm_term=0_853cea572a-7a0d6b7168-72141793