Je bent in de fuik van de jeugdhulpverlening gelopen. Vaak nog niet eens vrijwillig, maar omdat jouw ex in 1 keer jouw ouderschap ter discussie stelt in de rechtbank en de rechter lafhartig niet door pakt op uitingen van vermoedens en onderbuikgevoelens. Maar jou door verwijst naar de Raad voor de Kinderbescherming, of erger, een OTS (onder toezichtstelling) en, nog erger, stuurt naar allerlei trajecten, terwijl een fatsoenlijke diagnose (wat is er nu eigenlijk aan de hand) nog gesteld moet worden.

Heb jij nog hoop dat er voortvarend aan de omgang of contact herstel gewerkt gaat worden en jij dus de jeugdbeschermer daarop aanspreekt, dan leer jij al heel snel dat dit nou niet bepaald het doel is van de instanties. Deze geven een eigen uitleg aan de beschikking en als je daar iets van wilt vinden wordt je aangemerkt als ‘lastig en strijdend’.

Weet dat jij ook vaak de spiegel bent voor de hulpverlener… die niet voor niets die studie richting heeft gevolgd of dat beroep uit oefent. Vaak is die spiegel (heeee ik herken mijzelf) veel te veel voor die hulpverlener en roept dat weerstand op. Laat staan dat jij kennis aandraagt. Tegen wil en dank ben jij autodidact, want ze kunnen natuurlijk ook zelf hun vakkennis op peil houden. Dus voelen ze zich betrapt.

Hoe dan ook; het is stuitend hoe vaak de mensen die een positief verschil kunnen maken in alle levens, de rechter misleiden.

Wij zeggen niet dat moeder het kind heeft mishandeld, we zeggen dat iemand het heeft gezegd”

Mogen Raad en Jeugdzorg "om kinderen te beschermen" de rechter misleiden met halve waarheden of hele onwaarheden, of door hun vermoedens als feiten te presenteren? Nee, natuurlijk niet, ook al zou het verbod niet in de wet staan.

Het staat er overigens wèl in!

Artikel 21 Wb v Burgerlijke Rechtsvordering: “Partijen zijn verplicht de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Wordt deze verplichting niet nageleefd, dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij geraden acht.”

Om Raad en Jeugdzorg te dwingen tot normaal burgerfatsoen zijn sancties nodig. En wel de sancties die in het burgerlijk recht van oudsher bestaan en waarmee iedereen te maken heeft die procedeert, maar die in het Familie- en Jeugdrecht een dode letter zijn geworden:

  • Dwingend bewijsrecht van toepassing verklaren op het Jeugdrecht als het om concreet feit en toedracht gaat,
  • Ambtseed, met strafrechtelijke vervolging van de meinedige AMK- BJZ- of Raadsmedewerker,
  • Toelating getuigenverhoor onder ede,
  • Dwingende kostenveroordeling: veroordeel bij afwijzing van het OTS- of UHP-verzoek de Raadsmedewerker of jeugdzorgmedewerker/jeugdbeschermer persoonlijk in de kosten die de ouders hebben moeten maken

En aan het strafrecht ontlenen we nog de volgende sancties:

  • Niet-ontvankelijk verklaring Raad of Jeugdzorg indien ten processe blijkt dat het verzoek berust op flagrante onwaarheden,
  • Breng een op onwaarheden gebaseerd verzoek tot OTS of UHP onder de werking van art. 268 Sr (lasterlijke aangifte),
  • Breng het verspreiden van rapporten met flagrante onwaarheden onder de werking van art. 262 Sr (smaadschrift).
  • Ken een vergoeding toe aan de ouders voor iedere dag dat hun kind ten onrechte uit huis geplaatst is geweest.

Hoe dan ook, beste ouders, wat je ook doet, de rode loper zal er voor jou niet liggen. Maar treedt je niet meteen op tegen alle (halve) onwaarheden, dan heb jij het nakijken. Dan raak jij sowieso jouw kind kwijt.


(bron: http://peterprinsen.nl/Amendement_Waarheidsvinding.htm?fbclid=IwAR2UrE0pXOja3K3WA6InP9M2_7ar_fAKbZgWXEE9xXXswhSMB5rTLV180TI)